vkvisie
Tijdschrift van de Vrij-Katholieke Kerk in Nederland

vorige home boven volgende

2000... en verder

Piet de Haan

De jaarwisseling van de 20e naar de 21e eeuw is niemand ontgaan. De media lieten niets voorbijgaan om ons te wijzen op het bijzondere gebeuren. En bijzonder was het. Een eeuwwisseling gebeurt ook maar eenmaal in de honderd jaar en dit gekoppeld aan het millennium maakte toch wel dat we getuige mochten zijn van een heel bijzonder moment. De vraag is natuurlijk of we inderdaad wel getuige waren van een bijzonder moment of dat alleen de media ons dat maar wilden laten geloven.

Wie oude foto's en filmbeelden ziet, die in 1900 gemaakt zijn, kan waarnemen hoezeer het wereldbeeld veranderd is. De afgelopen eeuw heeft de wereld een metamorfose ondergaan. Veranderingen die voor een groot gedeelte te danken zijn, zowel in positieve als in negatieve zin, aan menselijk handelen. Wie met enige zekerheid kan aangeven hoe de wereld er in het jaar 2100 er uit zal zien, mag het zeggen.

Is het werkelijk koffiedik kijken? Of, zonder te weten hoe de uitkomst zal zijn, worden nu reeds de eerste bouwstenen gelegd voor een wereld zoals deze zich in deze nieuwe eeuw zich zal gaan ontwikkelen. Een mensheid die nu nog leeft in de overgang van het vissentijdperk naar het aquariustijdperk zal in de nabije toekomst, maar zeker in een wat verder weg gelegen toekomst, steeds meer onder invloed komen te staan van de nieuwe tijd. Een nieuwe tijd die misschien al dichterbij is dan menigeen vermoedt. In een oud boekje, uitgegeven in 1922, waarin de Nieuwtestamentische apocriefen door H. Bakels zijn vertaald en o.a. van aantekeningen zijn voorzien, valt het op hoe vaak verwezen wordt naar oude gnostische geschriften. Daarin, zo weet men, zouden woorden zijn opgetekend die Jezus gesproken heeft. Woorden die niet opgetekend zijn in het Nieuwe Testament. Men noemt deze Agrapha, oftewel ongeschreven, niet in het NT opgeschreven, dus buitenkanonisch. (Nieuwtesta-mentische apocrieven, H. Bakels).

Nu zijn de teksten van deze gnostische geschriften voor een ieder te lezen, dus ook de woorden van Jezus. Dit betekent dat deze wijsheidsliteratuur, die ons nu in alle vrijheid wordt aangereikt, reeds algemeen bekend was en menig geleerde inspireerde. Wij mogen deze literatuur niet enkel als boeiend terzijde leggen. Wij zijn nu in staat om te ontdekken hoe de eerst twee eeuwen vele christenen zich lieten inspireren. We weten ook dat de oude kerk reden had om de vrijheid van geloven te beknotten. We zijn nu in staat om te oordelen of dit terecht was of niet. Werden deze teksten verboden, en daarmee een heel eigen denk- en leeftrend, ter bescherming van het nog prille christendom of tot meerdere glorie van een kerkcultuur die uit was op macht. Me dunkt dat het beantwoorden van deze vraag weinig moeite kost daar het het opentrappen van een wijd openstaande deur is.

Een twijfelend aftasten en zoeken, zoals in het begin van de 20e eeuw, heeft plaats gemaakt voor een bewust opnieuw een plaats creëren voor een christelijk denken zoals reeds bestond. Naast het herontdekken van de gnostische geschriften zijn de theosofische en antroposofische denkpatronen een steeds meer algemene aanvaardbare gedachtenwereld geworden. Veel van wat specifiek tot de theosofische en antroposofische filosofie behoorde is nu te vinden in de wat wazige New Age denkwereld. Een wereld waarin bijna alles mag als het zich maar afzet tegen oude vastgeroeste waarden. Veel van die waarden die koste wat kost beschermd worden door een kerk die destijds bewust gekozen heeft tegen een wijsheidsstroming die ooit duidelijk in de kerk aanwezig was. Een kerk die steeds verder afkalft en die haar macht, bewust voor gekozen, meer en meer teloor ziet gaan.

Over niet al te lange tijd is het 100 jaar geleden dat in Utrecht een bisschop werd gewijd die het mogelijk maakte dat mensen die bewust gekozen hadden voor de universele wijsheidsleer, zoals in 1875 reeds door mevrouw Blavatsky aan de wereld geschonken, een eigen plaats kregen binnen die, in hun ogen, bestaande universele ene (onzichtbare) christelijke kerk. De eerlijkheid gebiedt te vermelden dat deze bisschop Matthew, toen hij besefte wat het binnenhalen van deze universele wijsheidsgetrouwen voor de kerk die hij leidde betekende, zich terugtrok. Zij die achterbleven namen bewust de fakkel over. Realiseerden zich dat de mens een levende bewustzijnscel is in een uitgestrekt orgaan – het heelal zelf – en dat zij het tot haar taak beschouwt om de verhouding met al wat leeft ten uitvoer te brengen; om in harmonie met het goddelijke leven en goddelijke kracht te werken. Zij verlangt geen persoonlijke verheerlijking, maar eerder verlangt zij, dat door haar leven elk leven zich zal kunnen ontwikkelen tot volmaaktheid. Deze bredere visie van religie tracht de mens boven zichzelf uit te stijgen naar een eenheid met God en een instrument te worden in het goddelijke werk. Aldus een tekst uit de diaserie Een bredere visie. Deze visie werd het uitgangspunt voor hen die de grondslag zouden leggen voor wat we nu kennen als de Vrij-Katholieke Kerk.

De ontstaansgeschiedenis van onze kerk dient geplaatst te worden in de geestelijke ontwikkeling van de mensheid die stap voor stap gereed gemaakt wordt voor het ontvangen van de bagage die nodig is voor het komende – of alreeds bestaande – aquariustijdperk. Het ontvangen van deze bagage gaat via verschillende kanalen. Onze kerk is daar één van. Het geeft ons, als leden van die kerk, wel een bijzonder aanzicht aan die komende tijd. Zij die aan de basis stonden van onze kerk hebben deze kerk het instrumentarium geschonken dat enerzijds al verwees naar de nieuwe tijd, anderzijds nog verankerd was in het voorbijgaande vissentijdperk. Aan ons de taak afscheid te nemen van de attributen van het vissentijdperk en de kerk langzaam maar zeker om te vormen tot die kerk die uiteindelijk ooit bedoeld is ook, en vooral, door hen die in het begin van deze kerk er zijn vorm en inhoud aan hebben gegeven. Dit lijkt een onmogelijke taak. Doch deze taak is niet onmogelijk, wel vergt zij een zekere mate van moed. Want niets is zo moeilijk als afscheid te nemen van uiterlijke vormen en gedachtevormen, die o zo vertrouwd zijn. Oude kerkelijke structuren in organisatie, liturgische vormgeving en in het overbrengen van een leer zullen plaats gaan vinden in een vorm die recht doet aan een mens die leeft in het aquariustijdperk. Er zijn voldoende aanknopingspunten binnen het nu bestaande kerkprofiel.

Onze kerk zegt in haar beginselverklaring van zichzelf dat zij zich beweegt binnen de sfeer van het christendom en zich derhalve als een bij uitstek christelijke kerk beschouwt. Toch is zij van oordeel dat andere godsdiensten ook goddelijk geïnspireerd zijn en dat allen uit een gemeenschappelijke bron voortkomen. Nu zal menigeen opmerken dat deze gedachte in onze multiculturele maatschappij ook gehoord worden in andere kerken. En inderdaad, dit wordt steeds meer gehoord en met de mond beleden. Toch is er een kerk die deze gedachten zo in haar geloofswereld heeft geïntegreerd dat het meer is dan een met de mond belijden. Het vormt de basis van waaruit men zijn christen-zijn ervaart en beleeft. En dat is onze eigen Vrij-Katholieke Kerk.

Het is de kerk die heel zijn denken en handelen gebaseerd heeft vanuit het aloude, maar ook steeds vernieuwende, Goddelijke Wijsheidsprincipe. Niet voor niets houdt zij nog steeds staande in haar beginselverklaring dat een theologie zich alleen maar staande kan houden als zij het karakter draagt vanuit een theosofie. Het staat er zo mooi een theosofie en niet de theosofie. Want wie van zichzelf beweert 'het' in pacht te hebben, wat 'het' ook moge zijn, geeft aan verre te staan van dat Goddelijke Wijsheidsprincipe. Die universele leer die onze kerk de wereld aanbiedt, waarin de mens geplaatst wordt binnen het kader van geopenbaard goddelijk leven in zijn vele verschijningsvormen en zijn verantwoordelijkheid daarvoor, maakt dat deze kerk van zichzelf durft te zeggen ernaar te streven een gnostieke kerk te zijn, de leer van de reïncarnatie aanbiedt omdat haar visie niet ophoudt bij de poorten van de dood. Zonder enige schroom verwijst zij naar de Brahmavidya van de Upanishads. Zij weet dat anderen niet enkel iets kunnen leren van wat het christendom de wereld aanbiedt maar dat het christendom zich kan verrijken als het oog heeft voor de waarden die andere godsdienstvormen de wereld aanreiken.

Mgr. J.I. Wedgwood schreef reeds in 1926 in zijn artikel Oorsprong en wezen van de Vrij-Katholieke Kerk, gepubliceerd in De Vrije Katholiek van mei 1926: "dat de kerk veeleer bedoeld is een neutraal terrein af te bakenen, waar allen zich konden verenigen, die sacramentele eredienst verlangden en toch geestelijke vrijheid begeerden." Verder in dit boeiende artikel schrijft hij: "De Vrij-Katholieke Kerk heeft een groter bestemming door de her-interpretatie van de christelijke filosofie, de christelijke ethiek en de christelijke eredienst in het volle licht van de theosofie, dan is gelegen in het enkel afbakenen van een neutraal terrein, waar degenen die zich afscheidden van orthodoxe leringen als een bonte massa konden samenzijn."

Onze stichter-bisschoppen hebben ons een kerk aangeboden waar binnen een groot mogelijke geloofsvrijheid oude universele wijsheden als een compact geheel zijn samengebundeld. Toch lijkt het een teken van hun tijd dat zij belangrijke vernieuwende ideeën lieten afhangen van wat een, in hun ogen, hogere identiteit zou gaan beslissen. Dit was de komende Wereld-Leraar. In de Korte Samenvatting van de Leer en in haar Liturgie sprak de kerk over een spoedige terugkeer van Onze Heer. Mede door het besluit van Krishnamurti zelf om de gehele cultus die rondom zijn persoon was gecreëerd te ontbinden, deed onze kerk op haar derde Algemene Bisschoppelijke Synode besluiten om bovengenoemde verwijzingen te wijzigen in de ontwaking en voortschrijdende ontvouwing van de Christus in het mensenhart. "Wij, bisschoppen van de Vrij-Katholieke Kerk," zo schrijven zij, gepubliceerd in De Vrije Katholiek van maart 1930, "in Synode bijeen te Adyar, zenden hartelijke groeten tot onze broeders, geestelijkheid en leken, over de gehele wereld. Terwijl wij ons geloof in de duurzame tegenwoordigheid van de Heer in Zijn kerk als geheel, en in Zijn bereidwilligheid om de Vrij-Katholieke Kerk in het bijzonder als een instrument te gebruiken voor de uitstorting van Zijn zegen over de wereld, opnieuw bevestigen, sporen wij onze broeders overal aan voort te gaan zich in deze Kerk aan Zijn dienst te wijden met onverzwakt vertrouwen en ijver."

Hiermee heeft de kerk iedere beperking in het zelfstandig besluiten nemen van zich afgeworpen. Het is, en was, een eigenschap die hoorde bij het vissentijdperk om zich te verschuilen achter een grote leider en/of organisatie. Waartoe en wat voor een verlammend effect dit heeft op de geestelijke ontplooiing van de mens als ook binnen de maatschappelijke en politieke structuren heeft de afgelopen eeuw volop bewezen. Hiervan bevrijd treedt ook onze kerk de nieuwe eeuw tegemoet. Hoe de toekomst zal zijn weet niemand. Maar deze kerk weet als geen ander signalen van de nieuwe tijd aan te voelen. Ze zal beoordeeld worden naar wat ze met deze signalen doet.

 

Zoek op Deze site email VKVisie
Kerkgemeentes in Nederland

Home pages op ../../../../../: English French Dutch